Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

Pallieterke nr 26 van 25 juni 2014

Onze naaste buren 725 juni 2014 Den Vaderlandt ghetrouwe Dweilen met de asielkraan open Nog geen putsch bij Ecolo De Waalse groenen likken hun wonden na de zware verkiezingsnederlaag van 25 mei. Het ongenoegen zit diep bij Ecolo. Een interne putsch werd afgewend. Voorlopig. Een mens zou er bijgelovig van worden. Op vrijdag 13 juni vond een federale raad van Ecolo plaats. Dat is het belangrijkste beslissingsorgaan van de partij. Die dag hebben honderd groene militanten een poging ondernomen om het leidersduo van de partij, Emily Hoyos en Olivier Deleuze, af te zetten. De putsch had zelfs een naam: Phenix 2.vert. Op basis van de statuten konden de leden een democratische poging ondernemen om de voorzitters onder voogdij te zetten om ze daarna te ontslaan. Maar de operatie werd al even democratisch gecounterd door 70 procent van de leden die hun vertrouwen in de partijtop behouden. Geen putch dus bij de Waalse groenen. Of nog geen, om precies te zijn. De ergernis en frustratie is groot, want in het Waals Parlement verloor Ecolo welgeteld tien (!) zetels en komt nu uit op amper vier. Dat is zelfs niet meer voldoende om een frac- tie te vormen. De partij weegt in Wallonië geen 10 procent meer. In de federale Kamer is een fractie wel nog mogelijk, maar dat is enkel te danken aan het feit dat Ecolo en Groen samen een politieke groep vormen. Ecolo moet straks 49 medewerkers afdanken. De par- tijfinanciering vermindert met 2,5 miljoen euro. De slag die Ecolo gekregen heeft, is te vergelijken met de nederlaag bij de federale ver- kiezingen van 2003. Na een aantal jaar bestuurd te hebben, werden de Waalse groenen niet beloond. In 2009 stapten ze opnieuw in de regionale regeringen en vijf jaar later was het terug naar af. Ecolo profileert zich graag als een beleidspartij, maar de Waalse kiezer is elke keer zwaar ontgoocheld over die beleidsdeelname. Het zal nog een hele tijd duren vooraleer de Waalse groenen beslissen opnieuw aan een regering deel te nemen. Maar de vraag rijst of ze, pakweg het komende decennium, nog zullen kunnen groeien door aan zwaar oppositiewerk te doen. Het wordt drummen aan de Waalse linkse en centrumlinkse kant van het politieke schaakbord. Onder Jean-Michel Javaux probeerde Ecolo eerder een centrumkoers te varen, maar daar botste de partij op de übercentristen van cdH. Verder opschuiven naar links is ook moeilijk geworden. De PTB wordt een vaste politieke waarde in Wallonië. Raoul Hede- bouw, een ‘groot lawijt’ zoals hij al genoemd wordt, trekt met zijn discours steeds meer links-radicale stemmen en sympathisanten naar zich toe. Bovendien is de kans nog altijd reëel dat de PS bedankt voor een federale regerings- deelname, wat betekent dat Ecolo in het federale parlement amper zichtbare oppositie zal kunnen voeren. De aandacht zal gaan naar de PS’ers die tegen ‘un gouvernement des droites’ fulmineren. Sinds 25 mei is de irrelevantie van Ecolo op beleidsvlak duidelijk geworden. Het zou pas echt dramatisch worden als die irrelevantie ook in de oppositie een feit is. Dan zal een nieuwe poging tot putsch niet op zich laten wachten. Ondertussen is duidelijk dat het leidende duo, Hoyos-Deleuze, meer en meer moet rekenen op de toenemende invloed van Europees Parlementslid Philippe Lamberts. Hij wordt genoemd als de nieuwe sterke man van Ecolo. Lamberts - perfect tweetalig - krijgt goede punten voor zijn harde werk in de Europese assemblee. Maar belangrijker: hij wordt de nieuwe fractievoorzitter van de Europese groenen. Daarmee neemt het gewicht van Ecolo bij de Europese groene politieke beweging wel toe. De voorganger van Lamberts is de abjecte Daniel Cohn-Bendit, maar voor de Europese ecologisten is hij een vedette. Wie hem kan opvolgen, zet niet alleen zichzelf maar ook zijn partij in de schijnwerpers. Misschien probeert Lamberts straks vanuit het Europees Parlement Ecolo ook nationaal onder controle te krijgen. Er doen geruchten de ronde dat Lamberts de putschisten van 13 juni steunt, al heeft hij dat niet bevestigd. Picard Li bia bouquet In Nederland bestaat een Commissie Integraal Toe- zicht Terugkeer. Het CITT kijkt nauwlettend toe dat regels en wetgeving op de terugkeer van illegale vreemde- lingen behoorlijk nageleefd worden. De voorzitter is de vroegere CDA-politicus en latere diplomaat Hans Gualthérie van Weezel. De noodklok En juist die man luidt de noodklok. Nederland heeft niet de moed de eigen Vreemdelingenwetgeving correct toe te pas- sen. De hele asielmaffia slaagt er keer op keer in, met hulp van leugenachtige media, van die wetgeving een wassen neus te maken. Steeds opnieuw worden regeltjes opgesteld die een uitzondering op de wet maken. Een bekend voordeel is het recente kinderpardon. Die structurele uitzondering bepaalt dat minderjarigen en hun gezin die langer dan vijf jaar in Nederland verblijven niet meer uitgezet worden. Het resultaat is ernaar. Afgewezen asielzoekers duiken onder als ze kinderen heb- ben tot ze met hulp van hun asieladvocaat (altijd betaald door de belastingbetaler, via het ministerie van Justitie en Veilig- heid) weer opduiken en op de tafel kloppen: paspoort, woning en uitkering. De asielwetgeving voorziet ook mobiel toezicht op de aankomst van vreemdelingen. Daar bestaat een overeenkomst over tussen het ministe- rie van Veiligheid en de Raad van State. De marechaussee (te vergelijken met onze vroegere rijkswacht) mag in iedere trein die het land binnenrijdt twee coupés en niet meer controle- ren, en ze mag dat zes uur lang per dag doen. En laat voor de rest iedereen maar binnen. De Raad van State is vorige week weer even ten onrechte in opspraak gekomen. Enkele politici dachten dat het hoogste gerechts- hof een nieuwe regel had geformuleerd, maar de maatregel dateert al van 2012. Illegalen die met valse papieren verschijnen, mogen daar niet voor afgewezen worden, want de ivorentorenjuristen geloven dat al die fraudeurs hun papieren lieten vervalsen omdat ze anders het gevaar liepen politiek vervolgd te worden. Er werd daarom geëist dat de zogenaamde vervolgden bij hun asielaanvraag de waarheid zouden spreken, maar dat moest ook niet. De regels stellen ook dat uitgeprocedeerden min- stens 48 uur van tevoren verwittigd worden dat hun Neder- landse vakantie voorbij is. Het gevolg is natuurlijk dat de mees- ten gewoon het hazenpad kiezen, als ze al niet op voorhand gezorgd hebben voor een bed als onderverhuurder van een andere illegale onderverhuurder van een kamer of een pand. Ze kennen niets en ze kunnen niets Van Weezel stelt dat de schatrijke smokkelaars en hun klant- jes iedere nieuwe regel in de Europese paradijzen nauwkeu- rig bestuderen. Vervolgens worden de landen eruit gepikt die door de onnozelste en meest naïeve politici geleid wor- den. Die gehaaide misdadigers sturen dan het asielprofitari- aat naar die landen waar ze alle kansen krijgen om zich in de roomsoep te wentelen. Op dit ogenblik zijn dat in de EU vooral Nederland en Zwe- den, omdat Maggie de Block volgens Van Weezel toch enige consistentie in het beleid in de Zuidelijke Nederlanden heeft gebracht. Van Weezel aarzelt niet de vraag te stellen hoe lang zijn land die toestroom van gelukszoekers nog aankan, want hij oordeelt dat de meesten volgens de wetgeving helemaal geen recht hebben hier te verschijnen. Die gelukszoekers kennen niets, kunnen niets en zijn hier alleen om de hand open te houden. Van Weezel heeft de afge- lopen jaren alle mogelijke asielcentra bezocht. Hij vestigt de aandacht op twee tegenstrijdige verschijnselen. Gelukszoe- kers worden verwend met een luxe die ze in hun hele leven in eigen land niet zullen genieten en ze krijgen verzorging waar Nederlanders soms moeten naar fluiten. Hij vertelt dat verscheidene directeurs van asielcentra hem droogweg mee- deelden: “We zouden willen dat het in de verzorgingshuizen van onze moeder zo goed geregeld is als hier.” Van Weezel wordt er boos van, omdat ieder klein incident in één van die centra opgeblazen wordt, omdat criminele asieladvocaten gesteund door linkse politici en media-oplichters de gedul- dige en veel te brave werknemers van die asielcentra als kamp- beulen voorstellen. Toch blijven linkse en extreemlinkse Kamerleden beweren dat gelukszoekers nog te weinig gepamperd worden. Het uit- zetbeleid moet volgens hen “menselijker” worden. Vorige week kon u in deze rubriek lezen dat de nieuwe nati- onale ombudsman, Guido van Woerkom, toch benoemd werd door de Tweede Kamer, ondanks een smeercampagne door racistische allochtonen. Hij zou zijn taak op 1 november opnemen, maar heeft nu meegedeeld dat hij het toch niet doet. Die allochtone leu- gens kon hij nog overleven, maar de bekendmaking van zijn vertrekbonus bij de ANWB niet. Die organisatie (te vergelij- ken met de VAB) zit al een tijd in zwaar weer en de 300.000 euro die Van Woerkom contractueel mocht meeslepen, was er teveel aan. Hij wou dat spaarpotje blijkbaar niet laten val- len en de kranten waren er als de kippen bij om te wijzen dat hij er vandoor ging met de contributie van 6.000 leden. Willem de Prater Dit is geen kolder Ons ijverige stadsbestuur heeft deze week weer een oplossing gevonden voor een pro- bleem van haar burgers. Wie op restaurant gaat, zal zich niet meer hoeven te forceren om zijn bord leeg te eten, want binnenkort kunnen Gentenaars hun restjes meenemen in een ste- delijke “overschotdoos”. Niet zomaar een doos, “een mooi ontworpen doos”, en het stadsbe- stuur laat die niet maken maar “ontwikkelen”. In haar beleidsnota schrijft groene Tine (sche- pen van Klimaat): “Aan de hand van de lan- cering van een overschotdoos wil Stad Gent gedragsverandering bekomen waarbij men restjes van een restaurantbezoek gemakkelijk meeneemt om nadien nog te consumeren.” De schepen denkt dat mensen zich scha- men om de overschotten van hun menu te vra- gen, waardoor eten wordt verspild. De doos zal niet enkel in de eethuisjes van Jan met de pet te krijgen zijn, want ook Gentse chef-koks rea- geerden al enthousiast. Het gaat niet om liefda- digheid of zo, de mensen eten het gewoon zelf op. Het stadsbestuur steekt tijd en geld in iets dat het restaurantbezoek, voor wie zich dat kan permitteren, nog aangenamer maakt. Merk- waardig toch, in een stad waar (volgens dat- zelfde stadsbestuur) steeds meer arme men- sen wonen. Het stadsbestuur neemt het (her)opvoeden van de Gentse burgers heel ernstig. Over voed- seloverschotten schrijft de schepen: “Boven- dien zet Stad Gent in op sensibilisering rond dit thema en het verdelen van praktische tips om burgers te helpen bij betere bewaring en verwerking van voeding.” Dat is goed nieuws voor de ambtenaren, die zich zullen mogen bezighouden met het opstellen van de zoveel- ste campagne met bijhorende webstek en fol- dertjes. Deze beleidsnota is een hoogtepunt van Gents stadhuisjargon. We kiezen er één parel- tje uit: “Duurzaam voedsel verbindt jong en oud, man en vrouw, arm en rijk. Vanuit dat soci- aal potentieel neemt Stad Gent het voortouw in een voedselsysteem dat sociale meerwaarde creëert.” De lezer die deze zin niet onmiddel- lijk begrijpt, moet niet bezorgd zijn. De inhoud van de woorden is niet belangrijk. Trouwens, die verandert met de mode van de dag. Dit is de zelfbewieroking die dagelijkse kost is op het stadhuis, waar ze zichzelf als morele lei- ders zien. Sommige schepenen zijn stilaan alle realiteitszin kwijt. In dezelfde nota legt de schepen uit hoe ze hét probleem van onze stad - hopen zwerfvuil en gigantische sluikstorten - gaat aanpakken. Zij werkt aan een nieuw actieplan, “nette stad”. Maar eerst gaat ze nog wat studeren: “We opte- ren ervoor hierbij eerst de actuele problema- tiek in kaart te brengen, met een uitgebreide analyse van de structurele werking, de onder- nomen acties en initiatieven, en een studie van de beschikbare cijfergegevens.” In de commis- sie legde de schepen uit dat ze op twee vragen een antwoord wil: “Wie zijn de sluikstorters, en waarom doen ze het?” In de nota spreekt ze zelfs niet over sluikstorters. Daar staat: “Door meer zicht te krijgen op ontwijkgedrag kunnen we een proactieve aanpak mogelijk maken. Er wordt gekeken om hiervoor een project met diverse partners op te zetten.” Tja, nu zullen alle vuilaards die van Gent zo’n verloederde stad maken echt bibberen van schrik. Met ons slecht karakter denken we dat het niet nodig is in de zieltjes van de sluikstorters te gaan kijken. Wat grotere vuilnisbakken zetten en vooral de pakkans flink verhogen, kan al veel effect heb- ben. Mathildis

Pages Overview