Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

Pallieterke nr 26 van 25 juni 2014

Sport 25 juni 2014 15 Van de lange arm Aan de pijnlijke en onrustige gezichten van de Rode Duivels te zien tijdens de eerste helft van de openingsmatch tegen Algerije, dach- ten we dat ze voetbalschoenen aan hadden die een maatje te klein waren. Het beterde geleidelijk en bij het scheiden van de markt mochten de duivelaanbidders in het stadion en op het thuisfront, die zeven- tig minuten met een ei in hun broek hadden gezeten, nog twee keer juichen en terugblik- ken op een wedstrijd waarbij, op Kevin de Bruyne en invaller Dries Mertens na, de meer- derheid dacht ‘komen we er vandaag niet dan komen we er morgen’. Hoera! Het is carnaval Het moet voor onze goede koning Philippe een hart onder de riem zijn dat een aantal van zijn onderdanen voor de gelegenheid de trico- lore kleuren vanonder het stof haalden om zich ermee te verkleden. Carnaval in volle zomer, het is eens iets anders. Met een grote hoop zwierbollen als haan- tjes-de-voorste die elke kans grijpen om de clown uit te hangen, en neem het van ons aan, zelden of nooit een betamelijk voetbalstadion van binnen hebben gezien. Dan was het de vraag of de opgefokte voet- balgekte waar geen kruid tegen gewassen is, zondagavond een vervolg zou krijgen, tegen Rusland. Onweerstaanbare drang Het stond in koeien van letters op de eer- ste sportbladzijde van Gazet van Antwerpen: “Klop die Russen.” Duidelijker kan een bevel niet zijn. We weten niet of ze op de Russische sportredacties even kordaat waren door te stellen: “Stuur die duiveltjes naar de hel.” We hebben altijd geleerd dat de beste moge win- nen, maar als de eer van het vaderland op het spel staat, moeten we tegen wil en dank alle principes overboord werpen. Sportief is het niet, maar het is sterker dan onszelf. Een drang waaraan we niet kunnen weerstaan, zeg maar. Als we de elf uit volle borst horen prevelen “aanvaard ons kracht en het bloed van ons aad’ren” moeten ze ons tegenhouden, of er gebeuren ongelukken. Ideaal scenario Het indrukwekkende stadion Maracaña in Rio, met een capaciteit van iets meer dan 78.000 toeschouwers, als decor. Elf vurige Russen aan de ene kant en even- veel te duchten Duivels aan de overzijde. Drankje en versnaperingen in handbereik. En als niet te versmaden kroon op het werk, de enige echte Philippe de Taaie en zijn al even sportieve gade die het op de eretribune in levende lijve mochten meemaken. Wat konden we nog meer verlangen op een zondagavond? Allemaal in de hoop dat de Rus- sen het feestje niet zouden verbrodden. Dan was het aan de Duitse scheidsrechter, Felix Brych, om het spektakel op gang te fluiten. Fwiiiiiet… en ze waren vertrokken. Op de valreep Na twaalf minuten mocht Thibaut Courtois ook eens meespelen en konden we zijn eer- ste noemenswaardige redding noteren sinds zijn verblijf op Braziliaanse bodem. Met dank aan Aleksander Kokorin, die op slag van rust een open kans naast kopte. Mochten we een kwartier op adem komen. En dat deed deugd na een eerste helft zon- der veel hoogtepunten. We waren met nog vijf minuten te spelen wat uitgekeken op de troosteloze nul-nul. En de Duivels ook, veron- derstellen we. Beter laat dan nooit, want toen werden ze wakker. Met eerst een vrijschop op de paal en kort daarop de overwinningsgoal van debutant Origi, opgedragen aan Sire en zijn madame die de verre reis ervoor over hadden en het thuis kunnen voortvertellen. Meer geluk dan wijsheid Nederland gaat een ronde verder. Dat is dan toch al dat. Na de zwierige tweede helft tegen Spanje dachten we dat Oranje zijn draai had gevonden. Met de 2-3 overwinning tegen Austra- lië mochten koning Willen Alexander en zijn Maxima, die er in Porto Alegre naar zaten te kijken, hun beide koninklijke handjes kussen. Of ze er, op de zege na, van genoten heb- Roskammen Voetbal is geen spel voor mietjes, maar overdrijven is nooit goed. In Brazilië wordt het wereldrecord “vallende ziekte” bedreigd. Ergerlijk hoe voetbalmiljonairs zich bij het minste duwtje “huilend van pijn” en “voor dood” laten vallen. Om tien seconden later een spurtje te trekken, erg tevreden als ze hun tegenstander een kaart konden aansmeren. In het moderne voetbal is vallen verheven tot kunst. In het wielrennen is het andersom. Daar is het kunst overeind te blijven ondanks alle door organisatoren gelegde “boobytraps”, liefst luttele meters voor de finish. Ooit keken journalisten reikhalzend naar een ver punt op een lange en brede boulevard, waar de ren- ners zich voor een massaspurt op gang trokken. Vandaag wenden ze het hoofd af, hopend dat de kamikazes recht blijven wanneer ze door bochten van negentig graden moeten razen voor ze buiten gevaar zijn op een rechte lijn van om en bij vijftig meter tot de meet. Achter de “overlevenden” is het meestal een complete chaos van aan hoge snelheid tegen en over elkaar gereden renners. In de Ronde van Zwitserland stond “Büren an der Aare” als aankomstplaats symbool voor dozijnen soortgelijke aanslagen op jonge levens. De finish had men goed “gekozen”, met in de laatste paar honderd meter twee wegversmallingen en twee bochten van negentig gra- den erbovenop! Wat in alle onverantwoordelijkheid en gebrek aan respect voor de renners blijkbaar gepland was “voor het spektakel”, in de voorspelbare massaspurt, gebeurde ook. Voor hetzelfde geld lag topsprinter Marc Cavendish in het ziekenhuis. Ploegmanager Patrick Lefevere zei cynisch dat “Cav de valtechniek perfect beheerst”. Vandaar dat hij na zijn val bij het doorglijden “slechts” met zijn kop tegen een nadarhek was gebotst. Lees, “het had nog veel erger gekund”. Lefevere, terecht woest, zei dat een halve blinde zag dat dit een aankomst was die om val- partijen vroeg. Hij spuwde zijn gal richting de organisatoren en de bobo’s van de Internatio- nale Wielerunie (UCI) en van de belangenvereniging van wielerploegen (AIGCP). Hij vroeg zich af wat had kunnen gebeuren, had het in Büren geregend. “We zijn hier niet in de Sahara maar in Zwitserland”, voegde hij er alleszeggend aan toe, samen met de vraag waarop UCI en AIGCP wachten om paal en perk te stellen aan die “bullshit”? Te vrezen valt dat zijn uitval niet op applaus onthaald werd binnen die organisaties, die woordenkramerij, snoepreisjes, recepties en etentjes als de belangrijkste bestaansreden zien. In de volgwagens in Zwitser- land zaten UCI-afgevaardigden. Blonken zij vooral uit in de kunst van het zwijgen, hoeft er geen tekening bij om hun betrokkenheid te illustreren. Moet zich bij een “spectaculaire” aan- komst eerst een valpartij met onomkeerbare gevolgen voordoen, voor de “bevoegde wieler- instanties” aan passende maatregelen gaan denken? Dragen die wielerinstanties en de organisatoren de grootste verantwoordelijkheid, ploeg- leiders, renners en hun sponsors zijn ook niet helemaal vrij van zonden. Moeilijk is het niet vooraf kennis te nemen van het uitgestippelde parcours en de aankomststreep in rittenwed- strijden. Voldoen die niet aan de minimumeisen voor ieders veiligheid, kan men wegblijven. “Grote belangen” die voor sponsors altijd en eeuwig “op het spel staan”, beletten dat soort beslissingen. Ondanks hun status van “vedetten” zijn ploegleiders en toprenners in de eer- ste plaats werknemers, geen werkgevers. Het is goed dat een ploegmanager met aanzien aandacht vraagt voor een probleem dat vroeg of laat tot een drama zal leiden. De media hebben daar weinig aandacht voor. De indruk bestaat zelfs dat de almacht van de televisiezenders die gevaarlijke toestanden in de hand werkt. De kijker heeft immers recht - is dat zo? - op sensatie, terwijl voor organisato- ren en sponsors niets belangrijker is dan “in beeld komen”. Op 5 juli start de Tour de France. Meer dan één aankomstplaats wordt een blauwdruk van die in het Zwitserse Büren. Het zou verwonderen mocht bij gelijkaardige incidenten de ver- ontwaardiging navenant zijn. De Tour is niet voor niks “de grootste (commerciële) wieler- show ter wereld”, met eindeloze uren zendtijd en vele bladzijden “Tournieuws” in de kran- ten. Al de rest moet wijken. Vallen en niet vallen Supporteren en doortrappen op bevel ben, is een ander paar mouwen. De manier waarop was alleszins niet om er de loftrom- pet over te steken. Pover vertoon Maar goed, misschien is de weinig indruk- wekkende prestatie van Oranje tegen Austra- lië morgen al vergeten en mag Robin van Per- sie nog eens van de daken schreeuwen dat het allemaal te danken is aan het doorzicht en het tactische vernuft van bondscoach Louis van Gaal, waarvan we tegen de Australiërs noch- tans niet veel gemerkt hebben. “Het was niet om aan te zien”, vertelde Johan Boskamp achteraf. Voor één keer moe- ten we het grootste “lawijt” van de vismarkt en van heel Rotterdam gelijk geven. Verrassing Dat de Spanjaarden zich met zware cijfers door Nederland lieten inpakken en daarna ook nog eens onderuitgingen tegen Chili, met als gevolg dat de wereldkampioen van 2014 voortijdig de matten mag rollen, rekenen we bij dé verrassingen van het WK. Van een ploeg die een wereldtitel en twee Europese titels op het palmares heeft staan, mochten we beter verwachten. Nieuwe generatie troef Zijn de Spaanse vedetten van weleer versle- ten en rijp om in Benidorm de vogeltjesdans te gaan oefenen? Dat is nogal grof en oneerbiedig gesteld voor een generatie die ons jarenlang met attractief voetbal heeft verwend. Maar dat de Spaanse Armada aan een aflossing van de wacht toe is, ligt er bovenarms op. Laat maar komen. Ze hebben genoeg achter de hand om ons in de toekomst nog eens te verrassen, maar dan in positieve zin. God save the Queen Het zal nodig zijn, nu haar onderdanen in zak en as zitten na de vroege uitschakeling van Engeland op het WK. Een voetbalgroot- heid die in haar hemd staat, is geen fraai zicht. In de eerste wedstrijd, tegen Italië, gaven de withemden, niettegenstaande de 1-2 neder- laag, niet de indruk dat ze zich in de daarop- volgende match nog eens zouden laten vloe- ren, door Uruguay. Daarvoor waren ze te gretig gestart, met vooruitzicht op beterschap. Maar ook die bit- tere pil moesten ze slikken. Een beschuldigend vingertje naar de verdediging, die niet vrijuit ging, is niet onterecht. Sinds de massale invoer van buitenlanders is het Engelse voetbal er niet op verbeterd. Bye bye Rooney en co. Inpakken en wegwezen. De frut zal danig zuur zijn over het Kanaal. Revelatie Daarmee zijn we beland bij de revelatie van de voorrondes. Wie het mocht ontgaan zijn dat er in Costa Rica voetballers aan de bomen groeien, weet het nu. De drie gewezen wereld- kampioenen in “de groep des doods”, Italië, Uruguay en Engeland, mogen hun kroon wer- pen naar het elftal van Costa Rica, die zich in hun reeks als eerste plaatsten voor de acht- ste finales. De Italianen stonden er vrijdagavond bij en keken ernaar, samen met veertigduizend supporters in het stadion van Recife, hoe Luis Suarez, als een duivel uit een doosje, met een onhoudbare kopbal de Italiaanse doelman kansloos liet. Een plezier om naar te kijken, die lefgozers uit het kleine Costa Rica. Niet onderschatten Nu we toch kennis aan het maken zijn met de halve wereld, mochten we ook eens over het muurtje kijken bij onze Duitse buren. Waar- voor dank. Na hun daverende start, waarbij ze Portugal met 4-0 in de vernieling speelden, mocht de Mannschaft zaterdagavond de maat nemen van Ghana. Iets om naar uit te kijken, al was het maar omdat de Ghanezen wel dege- lijk met een bal uit de voeten kunnen. Het was de Mannschaft geraden hen niet te onderschatten en daar rekening mee te houden. We zullen duimen Wie zei er dat ge er met de zweep moet opzitten om de Ghanezen discipline bij te bren- gen? Ten eerste is dat niet toegelaten, en ten tweede was dat niet nodig, zoals we ze zater- dagavond tegen Duitsland bezig zagen. De Mannschaft kwam goed weg met een gelijk- spel tegen elf dartele Ghanezen die mee voor een spetterende tweede helft, met vier eerlijk verdiende doelpunten, zorgden. Na een bij- zonder faire match, met amper één gele kaart voor een lichte overtreding. Dat mag ook eens benadrukt worden. Ghana heeft het niet meer in eigen hand, maar het zou zonde zijn moch- ten de vinnige Afrikaanse kroezelkoppen geen ronde verder gaan. Onze zegen hebben ze.

Pages Overview