Please activate JavaScript!
Please install Adobe Flash Player, click here for download

Pallieterke nr 26 van 25 juni 2014

Dossier25 juni 2014 4 Kandidaat Bart de Wever Schoon Verdiep Antwerpen Waarde Voorzitter, Ik ben kandidaat. Nu de N-VA gecoöpteerde senatoren mag aanstellen en overal beheers- mandaten uitdelen, wil ik zeker niet te laat komen. Het staat goed om te zeggen dat men gevraagd wordt, maar uit de recente verklaringen van Siggy Bracke en Jan Because onthoud ik toch vooral dat men zich zelf in de vitrine moet zetten en u persoonlijk aanschrijven, want anders valt men naast de prijzen. U weet nu dus dat ik kandidaat ben, maar ik wil niet dat u een kat in een zak koopt en geef u daarom doodeerlijk zowel mijn zwakke als mijn sterke punten zodat u uw licht over mij kan laten schijnen. Mijn zwakke punten zijn de volgende: 1. Ik ben Vlaamsgezind en ben dat altijd geweest. Ik noemde in een televisie-uitzending Happart een racist, gebruikte in mijn offscreenteksten uitsluitend het woord Vlaan- deren en verbood mijn medewerkers de woorden België en Belgen uit te spreken. Als het echt niet anders kon, verving ik die woorden door “ons land” of door “Vlamin- gen en Walen”. Ik heb daarover binnen de VRT wel zeer boze en vooral achterbakse opmerkingen gekregen, maar dat kon me geen barst schelen. De voorschriften voor journalistiek, opgesteld door Karel Hemmerechts, stelden duidelijk dat we naar de “strengste objectiviteit” moesten streven maar ook dat we “niet neutraal” waren. Hem- merechts gaf in die richtlijnen duidelijk mee dat we de democratie moesten verdedigen én de rechtmatige belangen van de Vlamingen. Nieuwslezers die hun hele loopbaan op alle terreinen “neutraal” waren, deden de taak niet waarvoor ze door de Vlaamse belastingbetaler betaald werden. Ze deden dat zeker niet als ze voortdurend en met de grootste klemtoon over “onze landgenoot Mohammed Mourhit” spraken, terwijl ze perfect wisten dat die Marokkaanse opportunist “pour les besoins de la cause” een Luikse trouwde en haar - eens de buit binnen - na twee jaar bij het huisvuil zette. 2. Ik ben al elf jaar een medewerker van ’t Pallieterke en ik ben de onverlaat die inder- tijd in een interview Mark Demesmaeker liet vertellen dat coalities met het Vlaams Belang in de Brusselse Rand noodzakelijk waren. Siggy Bracke haalde u toen naar de televisiestudio en zwaaide met ons blad dat hij “het staatsblad van het Vlaams-nati- onalisme” noemde waarna u nogal wat bozige opmerkingen maakte over dit staats- blad. Ik geef toe dat medewerker bij ’t Pallieterke zijn voor u geen aanbeveling is, ten- zij in uitzonderlijke gevallen. 3. Ik heb (akkoord, tegen mijn zin) jarenlang als afdelingshoofd de begroting van de VRT opgesteld, gecontroleerd en ik ken iets van kostprijs, begrotingscontrole en balansen. Ik heb inderdaad de vervelende gewoonte om overbodige uitgaven, vriendendien- sten en dies meer in die cijfers te herkennen. 4. En ik ben naar het woord van Johan Sanctorum geen “pensioenflamingant” die zijn Vlaamse overtuiging ontdekt op het moment dat ie ergens anders niet meer aan de bak komt. Mijn ex-collega’s zullen - het spijt me echt - getuigen dat ik deskundig alle contacten met de RTBF saboteerde door mijn absolute weigering iets anders dan Nederlands te spreken. Maar ik heb ook mijn sterke punten en ik hoop dat u daar wilt op focussen. 1. Ik ben geen lid van de N-VA en wou dat ook niet zijn, want ik schrijf voor alle Vlaams- gezinden. Dat zal natuurlijk onmiddellijk veranderen als u even aan me denkt. 2. Ik heb nooit het harde basiswerk gedaan dat onontbeerlijk is voor een partij: envelop- jes dichtplakken, affiches ophangen, folders bussen, enzovoort. Kortom, ik heb nooit de ondankbare klussen uitgevoerd zonder welke iedere partij geen kans maakt in de stembus. Ik heb dus meer recht op een lucratief mandaat dan die lichtjes dwaze ide- alisten die zich al jaren uit de naad werken. 3. Ik ben de zoon van een erkende verzetsman en geen kind van een repressieslachtoffer. 4. Ik ben jammer genoeg geen lid van de sp.a of Groen geweest, maar wel bestuurs- lid van de ACOD-VRT en dat is toch ook een socialistische organisatie. Let niet op de kwaadsprekers die me daar beu waren wegens te Vlaamsgezinde standpunten. 5. Ik hijs nog maar drie jaar een Vlaamse Leeuw op elf juli omdat ik op de braderie van Tre- melo van het plaatselijk Vlaams Belang een gratis dundoek kreeg (feitelijk “een vod”) . 6. Ik heb nooit een voet in het katholieke onderwijs gezet, maar behaalde het in uw omgeving noodzakelijke diploma “Geschiedenis” summa cum laude aan de vrijmet- selaarsuniversiteit. Ik was graag een “broeder” geworden maar er zat iets in de weg. (zie zwak punt 1). 7. En ik heb dat wat u vooral zoekt: een grote muil. Ik hoop dat mijn sterke punten de paar negatieve overtreffen. Waar kan ik zowat mijn exper- tise kwijt? Uiteraard niet in de beheerraad van de VRT, of de beheerraad van de Vlaamse Opera, of die van de Munt, gezien ik meer over radio, televisie en opera vergeten ben dan al uw andere kandidaten ooit zullen kennen. Ik begrijp perfect dat u in de Senaat een grijze auto- cuelezer met een regentendiploma verkiest boven een eminente jurist als Matthias Storme, of een oud-strijder van de Vlaamse zaak als Huub Broers. In die overbodige vergadering wordt alleen maar over een nieuwe grondwetsherziening gepalaverd en daar is diepgaande ken- nis ter zake waarschijnlijk een sta-in-de-weg. Het is duidelijk dat u bij uw mandatarissen een frisse en vernieuwende kijk verkiest. Ze moeten liefst van toeten noch blazen weten, zodat ze zich niet te veel onderscheiden door originele, persoonlijke ideeën en te harde Vlaamse standpunten die ze niet willen laten vallen om het grotere doel - “ministers in alle regerin- gen” - niet in gevaar te brengen. Het lijkt me daarom een goed idee me te belasten met man- daten in instellingen voor wetenschapsbeleid, de zorg, nieuwe technologieën en dergelijke. Ik ken daar niets van en kan dus geen kwaad doen. Ik hoop daarom, waarde Voorzitter, dat ik u overtuigd heb van mijn bekwaamheid ter zake en reken erop dat ook ik een sinecure ontvang zodat ik afscheid kan nemen van ’t Pallieterke om me bij de rangen van de “pensioenflaminganten’ te voegen. Met onderdanige achting, Jan Neckers Oud en nieuw Donderdag heerste er in de Kamer een kermissfeer en een eersteschooldaggevoel. De verkozen Kamerleden moesten hun eed komen afleggen en hadden hun schoonste kostuum of pakje uit de kast gehaald. Veel nieuwelingen hadden familieleden meege- bracht. Vanuit het halfrond werd duchtig naar de publiekstribune gewuifd. De oude rotten lieten graag zien dat ze dat zijn en overstelpten de neofieten – al dan niet tegen hun zin – met goede raad en sugges- ties, vaak gekruid met oud-strijdersverhalen en andere beleefde heldendaden met zich- zelf in de hoofdrol. De camera’s in de wandel- gangen lokten in ieder geval veel Kamerleden, want velen deden verwoede pogingen om toch maar even door het beeld te lopen. Altijd een vreemd sfeertje, zo gekunsteld en overladen met lawaai en poeha. Zweer Bij zo’n eedaflegging moet er gezworen worden, namelijk dat men de grondwet zal naleven. De taal waarin men die eed aflegt, bepaalt tot welke taalgroep men behoort. Vroeger was het eerder een uitzondering, maar het viel op dat flink wat Kamerleden, zowel Franstaligen als Nederlandstaligen, de eed in twee of drie landstalen aflegden. In dat geval bepaalt de eerst gebruikte taal de taalgroep. Eentje sprong in het oog: Kattrin Jadin, verkozen voor de MR in de Oostkantons, legde haar eed af eerst in het Duits en dan in het Frans en het Nederlands, maar zij werd ingedeeld in de Franse taalgroep. De Duitsta- lige Gemeenschap is immers een onderdeel van het Waals Gewest. Voor zover we konden nagaan, legden de vertegenwoordigers uit de Vlaams-nationale partijen hun eed af enkel in het Nederlands. Ongeldig Filip Dewinter is altijd te vinden voor een kleine provocatie en vindt altijd wel iets om opgemerkt te worden. Toen hij aan de beurt was om te zweren, stond hij keurig recht en met de hand mooi opgeheven zei hij met een stalen gezicht: “Ik zweer getrouwheid aan Vlaanderen en het Vlaamse volk.” Daarop zette hij zich neer. Kamervoorzit- ter Flahaut kon er niet echt mee lachen en zei tegen Dewinter, in het Frans, dat de eed ongel- dig was en vroeg hem dan ook te herbegin- nen. Dewinter had zijn punt gemaakt, en alle media gehaald, en legde meteen de eed cor- rect af. Ja, het Vlaams Belang mag dan al klei- ner geworden zijn en naar de achterbanken verhuisd, het is er nog. Met Dewinter, diens trouwe en bijwijlen luidruchtige luitenant Jan Penris en de jonge, maar ervaren, Barbara Pas als woordvoerster van de VB-fractie kunnen er nog vonken afspatten. De tol van BHV Toen de verkozenen van Brussel aan de beurt kwamen, bleek al gauw dat de Vlamin- gen inderdaad een dikke prijs hebben betaald Roddels uit de Wetstraat voor de splitsing van BHV. Alle verkozenen leg- den hun eed af in het Frans. Er is inderdaad in Brussel geen enkel Nederlandstalig Kamer- lid verkozen. Voor de splitsing waren er twee Nederlands- taligen, nu geen enkele meer. De Vlaamse Beweging en de Vlaams-nationale partijen hadden ervoor gewaarschuwd. Het heeft niet mogen baten. Alleen een lijstverbinding van de Vlaamse lijsten in Brussel, om zo de kies- drempel te halen, had soelaas kunnen bren- gen. Maar de Franstaligen wisten al tijdens de onderhandelingen dat de Vlamingen te ver- deeld zijn om die oefening te maken. En dat is gebleken. Vlaanderen heeft nog maar eens in de eigen voeten geschoten, tot groot jolijt van de Franstaligen. Indruk Wie in de kijker liep, was de jonge N-VA- verkozene uit Lichtaart, Yoleen van Camp. Als jongste Kamerlid mocht ze samen met het tweede jongste Kamerlid - een perfect twee- talige dame van de PS - de rol van “tijdelijke secretaris” op zich nemen en alle mededelin- gen voorlezen onder toeziend oog van André Flahaut. Yoleen is gemeenteraadslid in Kaster- lee en besteedt een flink deel van haar vrije tijd aan haar hond Fien, staat op haar webstek. Ambitieus als ze is, passeerde ze haar regio- nale bestuur om rechtstreeks bij de partijtop te gaan kandideren voor een plaatsje op de lijst. Het heeft haar geen windeieren gelegd. Het regiobestuur stond erbij en keek ernaar. Toen donderdag de onvermijdelijke Linda de Win van Villa Politica haar aanklampte en wat vra- gen stelde, zei ze plots over haar eigen par- tij dat ze ‘de indruk had dat de nadruk op de inhoud ligt’. De indruk… Vreemde uitspraak van een neofiet. Benieuwd of ze zich snel zal kunnen ontpoppen tot een politiek beest. Een indruk die we tot nu niet hebben. Maar we geven haar het voordeel van de twijfel. Zo zijn we dan ook weer. Tribune Wie ook de eed aflegde, was Peter de Roover van N-VA. Peter staat erom bekend over alles een mening te hebben en die liefst zo intensief mogelijk te ventileren. Zo was hij jarenlang een onafhankelijk denker die in zowat alle media zijn zeg kon doen. Donderdag legde hij echter de eed af als afhankelijke van een partij. Velen in Vlaan- deren zullen zijn boven de partijen staande stem zeker missen. Hoe dan ook, wij kunnen ons niet voorstellen dat hij zal zwijgen. Daar heeft hij het karakter niet voor. Donderdag zagen we hem zitten staren naar het spreek- gestoelte in de Kamer alsof hij het dadelijk wilde beklimmen en urenlang bezetten. Waar wacht je op, Peter?! Vlaanderen kijkt uit naar je snedige donder- preken en naar de eerste keer dat je het woord ‘onafhankelijkheid’ zult uitspreken, zoals je dat zoveel jaren deed bij de VVB, en op zoveel andere plaatsen. In de media was er nogal wat te doen rond het feit dat koning Albert II op 21 juli zijn Griekse kat naar het militair defilé zal sturen. Respectloos, heet het. Dat die journalistjes die het zo belangrijk vinden dat Albert en zijn Paola daar urenlang op het podium in de zon staan te bakken er zelf eens een namiddagje gaan staan, vinden wij. Bovendien, Albert heeft groot gelijk dat hij wegblijft. Meer zelfs, van ons mag heel de kliek Coburgers liever vandaag dan morgen naar Griekenland of waar dan ook vertrek- ken. Voorgoed. Wij hebben alvast een bolleke op de gezondheid van Albert gedronken, en dat hij het daar in Griekenland nog lang mag volhouden! Albert II geeft het voorbeeld

Pages Overview